Die warmtepomp, is dat nou zo’n vreselijk onding?

Om te beginnen: ja, ik vind het zinvol om:

• zoveel mogelijk energie te besparen en
• te stoppen met aardgas verbranden.

Als jij dat niet vindt dan is verder lezen wellicht wat vermoeiend voor je.

Op diverse sites wordt de warmtepomp van van alles en nog wat “beschuldigd”. Onlangs kwam dit artikel op “Cultuur onder vuur” voorbij: 10 nadelen van de warmtepomp “die de klimaatlobby je niet vertelt”. Het woord “klimaatmaffia”, “klimaatkerk”, “klimaatpaus”, “Groen Slinks” e.d. wisten ze nog net te vermijden.

Ik kon het weer eens niet laten en gaf eerst een emotionele reactie: “10x onzin”. Ik ben een beetje allergisch voor teksten als “de klimaatlobby” en “klimaatactivisten willen je laten geloven dat…”. En als zo’n site dan ook nog eens je handtekening vraagt voor een “Manifest tegen Klimaatdwang” met teksten als “Een klimaatpolitiek die onbetaalbaar, onhaalbaar en onhoudbaar blijkt te zijn. Die tot de massale onteigening van de Nederlandse boeren zal leiden. En tot het opdringen van de warmtepomp.” dan smul ik bij het schrijven van een leuke reactie.

Later, op verzoek, schreef ik een wat meer onderbouwde versie. Wat er staat zijn namelijk veelal halve waarheden. Hieronder het andere deel van de waarheid. Grotendeels met kennis van, he bah ja, Urgenda (of eigenlijk Thuisbaas). Ja, ik zei toch dat je niet verder moest lezen.

1. De warmtepomp is duur in aanschaf
   Ja een warmtepomp is duurder dan een cv ketel maar je bespaart er elk jaar kosten mee. Nog afgezien van de indirecte kosten doordat klimaatverandering er iets minder snel door gaat.
2. Warmtepomp warmt langzaam op
   Ja en? Wat is het nadeel? “Anders wordt u wakker in een koud huis en duurt het uren voordat uw huis weer warm is.” Nee, het duurt geen uren. En nee je huis wordt niet koud want je hebt het goed geïsoleerd en hoeft niet heel veel te stoken. Je hebt je CV ketel toch ook al wel op 60 of wellicht zelfs 50 graden ingesteld? Dan weet je dat dat probleemloos kan. En als je het dan echt zo erg vind, dan zet je de warmtepomp toch wat eerder weer wat hoger?
3. Verwarmt goed, behalve in de winter
   Een warmtepomp kan ook in de winter je huis prima warm houden. De efficiency (COP, of SCOP) gaat omlaag en de warmtepomp gaat meer elektriciteit verbruiken. Maar warm wordt het. Tenzij je een te kleine warmtepomp hebt gekocht. Maar dat is bij een CV ketel niet anders.
4. Bijkomende peperdure isolatiemaatregelen
   Hoeveel isolatie nodig is, is sterk afhankelijk van de woning. Bovendien bespaart meer isolatie ook kosten.
5. Radiatoren vervangen
   Radiatoren vervangen is lang niet altijd nodig. Ook lage temperatuur warmtepompen kunnen met radiatoren goed werken.
6. Ingewikkelde technologie
   Een “klus-IT-er” moet je warmtepomp repareren? Een warmtepomp is niet veel meer dan een omgekeerde koelkast. De IT kan bovendien op afstand vaak bijgewerkt worden als dat al nodig is.
7. Warmtepomp neemt veel ruimte in
   Een warmtepomp is groter dan een CV ketel, dat klopt. Maar je hebt niet altijd een boiler nodig. En de buiten unit is niet groter dan een airco unit. Iemand ooit al eens horen klagen over de benodigde ruimte daarvoor?
8. Warmtepomp maakt herrie
   Een warmtepomp maakt evenveel geluid als een airco, waartegen nooit iemand bezwaar heeft (behalve de buren). Met als grote verschil dat de airco ‘s nachts in de zomer staat te loeien als iedereen de ramen open heeft en wil slapen. De warmtepomp werkt vooral overdag in de winter, als de ramen dicht zijn en je het geluid nauwelijks nog hoort.
9. Duurzaam gedrocht
   Wederom: een airco buitenunit is net zo lelijk als een warmtepomp buitenunit. Niemand ziet af van koop van een airco om die reden maar bij een warmtepomp is het ineens een “duurzaam gedrocht”?
10. Geen aan- of uitbouw
    Als je verbouwt moet ook je CV aangepast worden. Dat is dus geen specifiek nadeel voor de warmtepomp.

Al met al blijft er naar mijn mening weinig over van de 10 nadelen van de warmtepomp. Behalve wellicht dat het een middel is om klimaatverandering tegen te gaan. En dat veel Nederlanders dat prima vinden zolang het ze niets kost. “In de jaren ’50 gingen we gratis over op koken op gas, waarom moet ik daar nu voor betalen?”. Nou misschien omdat het in de jaren 50 ook niet gratis was? Genoeg bedrijven die de kosten wel wilden betalen. Aardgas is immers gratis (afgezien van wat kosten om het te winnen en transporteren). En als heel Nederland aan het gas zit en die bedrijven en de overheid voor de levering een paar (belasting-)centen voor kunnen rekenen (tarief vrij te bepalen, want geen concurrentie!), dan is de eenmalige investering in een gasfornuis en CV ketel snel terugverdiend!

De elektrische deelauto is er!

Maandag 27 maart 2023 stond hij dan eindelijk op de plek waar we hem wilden hebben. Niet al te ver bij ons huis vandaan: de eerste elektrische deelauto van Diemen!

In 2017 werd onze auto op vakantie in Wales total loss gereden. Al langer liepen we met het idee rond om te stoppen met een eigen auto. We wilden elektrisch rijden en een eigen elektrische auto was onbetaalbaar en voor een (elektrische) lease auto komen we beide niet in aanmerking. We maakten proefritten in diverse deelauto’s die in Amsterdam te vinden zijn. Maar in Diemen werd het aanbod alleen maar minder. ConnectCar werd overgenomen door MyWheels en verdween uit Diemen. Alleen GreenWheels bleef over en die waren niet direct van plan om elektrische auto’s, die al ruim voorhanden zijn in Amsterdam, in Diemen te plaatsen.

Tijd dus voor een eigen plan. OnzeAuto kwam ik op het spoor via de nieuwsbrief van de energiecoöperatie Calorie uit Castricum. Gebeld met ze en ze waren direct enthousiast en zagen mogelijkheden. Een online introductieavond volgde, belangstellingsregistratie en toen, een paar maanden later: de daadwerkelijke inschrijving. Die viel helaas wat tegen. 24 belangstellenden en maar 4 die zich daadwerkelijk inschreven. “Ik heb nog een auto die goed is.” “Mijn partner wil niet.” “Misschien dat we onze tweede auto de deur uit moeten doen, maar dat vind ik toch wel een grote stap.” Etc. etc.

Maar OnzeAuto had al auto’s besteld omdat de levertijden erg lang waren. En er kwam een auto beschikbaar. Waarom OnzeAuto besloot deze in Diemen te plaatsen. Een plekje was er al (daar waar eerst de benzineauto van ConnectCar had gestaan). De laadpaal moet nog geregeld worden, maar laadpalen genoeg in Diemen.

En daar is-ie dan! Een Renault Megane E-Tech.

Elektrische deelauto’s hebben veel voordelen:

• Minder auto’s op straat: gemiddeld scheelt 1 deelauto 6 parkeerplekken. Die ruimte kun je gebruiken voor groen, speelruimte etc.
• Minder uitstoot van schadelijke stoffen dan een benzine of dieselauto.
• Minder gedoe. OnzeAuto regelt heel veel voor je: verzekering, schadeafhandeling, onderhoud (niet dat een elektrische auto veel onderhoud nodig heeft), parkeervergunning etc.
• Minder lawaai in de auto en daar buiten tijdens het rijden.
• Een elektrische deelauto is meestal goedkoper dan een eigen auto.
• Een auto van OnzeAuto deel je met buurtgenoten. Je leert meer mensen kennen, kunt ervaringen delen, afspraken maken over het gebruik van de auto en elkaar gemakkelijker aanspreken op gebruik wat je minder prettig vindt.

Er zijn natuurlijk ook nadelen:

• De auto kan bezet zijn door iemand anders.
• Eh, verder geen?

Aanbieder	Type aanbieder	Brandstof	Type auto	€/km	Toelichting
ConnectCar	Deelauto	Benzine	Smart ForFour	0,69	Overgenomen door MyWheels
Greenwheels	Deelauto		VW Up!	0,57	Van Volkswagen
Sixt	Huurauto	Benzine en diesel	Diverse	1,09	Ook wel eens een bestelbus gehuurd, prijs daardoor hoger
Autohopper	Huurauto	Benzine	Toyota Aygo	0,37	Pas 1 keer een auto gehuurd. Prijs daardoor mogelijk lager.
OnzeAuto	Deelauto	Elektrisch	Renault Mégane E-Tech	0,49
Mijn BMW	Motor	Benzine	BMW R 1200 RT	0,27

Kosten per kilometer van een auto

Meer lezen over hoe het werkt en/of meedoen? Kijk op de website van OnzeAuto.

BMW benzine lint defect

Heel wat BMW eigenaren (in ieder geval R, RT en GS uit de periode 2004-2010) kennen het probleem: je benzinemeter geeft ineens aan dat je zonder benzine zit. Terwijl je toch zeker weet dat je momenten daarvoor nog genoeg had om een stuk te rijden. Of, nog erger: je meter geeft aan dat je nog genoeg benzine hebt en toch valt je motor ineens uit omdat de benzine op is. Conclusie: je benzine meter is defect.

Hoe dat komt? BMW heeft in deze serie gekozen voor een lint in plaats van een vlotter. De weerstand van dat lint varieert met de hoogte van het benzinepeil in je tank en zo meet de computer de inhoud van je tank en geeft dat weer op het display.

Maar dat lint breekt nog wel eens (net zoals wel meer dunne film verbindingen op mijn motor, maar daarover later mogelijk meer…). En dan geeft je benzine meter op het display niet meer goed aan. En als het breekt krijg je er zelfs nog een mooie gele driehoek voor terug die je voor altijd in je gezicht staat te schijnen.

Er zijn drie oplossingen voor dit probleem:

1. Negeren. Het makkelijkste. Maar de meesten houden dat niet lang vol.
2. Het lint (laten) vervangen. Een lastige klus, al zijn er mensen die het binnen een half uur voor elkaar krijgen. Vergelijk het met het vervangen van een lampje in je koplamp: het is te doen, maar een enorm gepriegel.
3. Het lint proberen te repareren. “Zappen” wordt dat wel genoemd. Klinkt heel eng, maar het werkt echt. Wat je eigenlijk doet is het lint “solderen” door er een stevige stroom doorheen te sturen. Zie mijn verhaal hierover op het BMW forum. Soms lukt het soms niet. Maar vroeger of later breekt het lint weer, dat is zeker.
4. Je motor laten denken dat je tank altijd vol is. Daar kun je een apparaatje voor kopen voor een paar tientjes. Of het zelf doen met twee weerstandjes en wat soldeer of een kroonsteentje.

Ik heb mijn lint twee keer weten te repareren door het te “zappen”. Toen het voor de derde keer kapot ging heb ik gekozen voor optie 4: voortaan de benzinemeter te negeren en de motor te laten denken dat de tank altijd vol is. Lampje uit, meter keurig op vol.

En omdat ik als elektrotechnicus niet vies ben van een beetje knutselen en solderen, ben ik aan de slag gegaan. Twee weerstandjes van ongeveer de juiste waarde (2 kOhm en 1 MOhm) had ik snel gevonden. Ik heb vervolgens de stekkers met draden uit de connector gehaald, de weerstanden aan de draden vast gemaakt bij de stekkers en daarna de stekkers weer in de connector gestopt.

De 1 MOhm weerstand moet tussen de groene (pin 4) en groen-rode draad (pin 3) aangesloten worden. De 2 kOhm weerstand tussen de groen-rode (pin 3) en bruin-blauwe draad (pin 2). De bruine draad die kun je laten zitten zoals die zit.

Voordeel: de draden zijn nog heel. Ik kan altijd nog besluiten om het lint te vervangen. Weerstanden er af knippen en alles werkt weer. Bovendien is het een hele kleine aanpassing. Geen kastjes, kroonsteentjes, losse draden of wat dan ook. Bijna onzichtbaar.

Hier de oplossing met het kroonstjeentje.

Een goede motorroute maken

Hoe maak je nou een motorroute die op alle navigatiesystemen gelijk is, goed werkt, je langs alle punten voert waar je wilt zijn?

Dat gaat niet. Nee, echt, geloof me: dat gaat niet. Onmogelijk.

Waarom is een identieke route maken zo moeilijk?

Waar heb je mee te maken bij het berekenen van een route:

• Verschillende methodes om de route op het apparaat te zetten.
• Verschillende kaarten en kaart versies.
• Verschillende instellingen.
• Verschillende software voor routeberekeningen.
• Verschillende gebruikers.

Al die aspecten zorgen er voor dat er altijd verschillen zullen zitten tussen de routes. Zelfs al maak je een route met tientallen, honderden routepunten of zet je een track om in een route. En je weet het toch: de rijder voorop bepaalt de route. Gaat deze “verkeerd”, dan heeft deze zeer waarschijnlijk een andere route die ook uitkomt bij waar jullie heen gaan. Is dat erg? Dat is aan jou om te bepalen. Maar hou je aan de afspraken die je maakt over “verkeerd” rijden. Vaak zal dat zijn: volg de voorste rijder. Soms, als je echt denkt dat het helemaal fout gaat, kun je even toeteren of de voorste rijder inhalen en signaleren dat je wilt stoppen. Sla niet een andere weg in, want grote kans dat de anderen omkeren en je gaan zoeken en dan wordt het een wanboel.

Mr GPS methode

Sommigen zweren bij de “MrGPS methode“, maar MrGPS geeft zelf aan dat ook die methode niet altijd en overal vlekkeloos werkt. De MrGPS methode werkt op basis van de track van de route en laat jouw navigatieapparaat die track omrekenen naar een route. De berekende route zal dan zo dicht mogelijk langs de track gaan. Nadeel van die methode is dat er geen routepunten meer in de route zitten. Je navigatieapparaat zal dus niet meer tegen je zeggen “Lunch!” of “Stoppen voor <bezienswaardigheid>”. Het betekent ook dat je de route niet mag laten herberekenen want dan rekent je navigatieapparaat een route uit vanaf jouw plek tot het eindpunt zonder te kijken naar de track. De route zal dan heel anders zijn dan wat je gepland had en gewoon “snelste” of “kortste”, afhankelijk van de instellingen van je apparaat. Zet dus “herberekenen” uit. En om die reden kun je je navigatieapparaat niet meer gebruiken bij omleidingen, want ook dan zal je apparaat een andere route uitrekenen dan die welke je wilde rijden.

Ik ben geen fan van de MrGPS route. Omdat je dan geen routepunten meer hebt en geen bezienswaardigheden meer in je route kunt opnemen. En omdat je je navigatieapparaat niet meer kunt gebruiken waar je hem voor hebt: navigeren bij omleidingen. Ik gebruik wel een soort afgeleide van die methode, als back-up.

Mijn methode

Goed, hoe maak ik dan routes die ik met anderen ga delen?

1. Ik zoek een route die in de buurt komt van waar ik wil rijden. Deze stap mag je natuurlijk ook overslaan en met een lege route beginnen.
2. Start MyRouteApp.
3. Kies de juiste kaart die je gaat gebruiken om mee te navigeren.
4. Zet de instellingen goed waarmee je wilt gaan rijden. Off-road? Ponten vermijden? Snelwegen vermijden? Uitschakelen seizoensafsluitingen (zodat je in de winter een route over een pas kunt plannen die op dat moment afgesloten is bijvoorbeeld)?
5. Zet de overlay kaart op Michelin (die van die groene wegen laat zien).
6. Leg de route waar mogelijk over dat soort groene wegen. Let wel op dat de totale tijd van de route niet te lang wordt.
7. Zoek vervolgens naar interessante plekken waar de route langs gaat. Hierbij zet ik vaak Google Maps aan: die is meer actueel en bevat soms punten die niet op andere kaarten staan. Voeg deze als waypoint toe aan het bestand en zet een routepunt in de route vlak voor de plek waar dat waypoint is. Vaak staat die interessante plek namelijk niet precies op de route, maar er naast. Je kunt het punt zelf dan niet in de route opnemen. Soms is er een parkeerplaats die je in de route kunt opnemen, soms moet je zelf een routepunt maken.
8. Verwijder zoveel mogelijk overbodige routepunten en geef de resterende routepunten een logische naam.
9. Kijk ook welke routepunten je “hard” maakt. Daar zijn diverse redenen voor. De Garmin roept deze punten af. Je moet er langs (voor de lunch stop of een bezienswaardigheid bijvoorbeeld handig). Sommige Garmins accepteren routes met meer dan 29 zachte punten niet. Zet om de 20-25 zachte punten dus altijd 1 hard punt in de route.
10. Als de route af is: lang genoeg, over mooie wegen, langs de plekken waar je langs wilt gaan, maak hem dan gelijk voor Garmin en TomTom. Vaak genoeg zul je zien dat er dan al verschillen zijn die je moet corrigeren door routepunten te (ver-)plaatsen.
11. Exporteer de route als GPX en importeer deze in BaseCamp in een lege map (“Lijstmap”). Je ziet dan een route en een track en eventueel wat waypoints.
12. Ook nu zul je waarschijnlijk al weer verschillen zien tussen beide. Corrigeer die verschillen opnieuw door te zorgen dat de route exact op de track loopt. Verplaats routepunten of voeg routepunten toe waar nodig. Verwijder geen routepunten, want dan is de route mogelijk weer niet gelijk als je deze opent in TomTom of een ander navigatiesysteem.
13. Stel de vertrekdatum en tijd in op het eerste routepunt van de route. Dat kan als je de route hebt geopend door te klikken op het vertrekpunt, te kiezen voor “Wijzig punt” en dan bij Schema een vertrekdatum en tijd in te stellen. Daarmee zie je de route bovenin je scherm van je Garmin routelijst op de dag dat je de route gaat rijden. Erg handig.
14. Zet nu route, tracklog en waypoints over naar de Garmin.
15. Maak de tracklog (“spoor”) zichtbaar op de kaart. Op mijn Garmin 350 gaat dat via het menu Apps, Sporen, Kies een spoor, Klik op de moersleutel, Vink “Toon op kaart” aan, kies een kleur in “Kies kleur” (ik gebruik zwart: dat vind ik duidelijk).
16. Start nu de route die bij die track hoort en loop de hele route na om te zien of deze over de tracklog loopt. Daar waar je afwijkingen ziet, kun je in BaseCamp de route aanpassen door routepunten te (ver-)plaatsen.
17. Als je daarmee klaar bent, verwijder dan de route van de Garmin. De tracklog mag blijven staan. En upload de route opnieuw vanuit BaseCamp naar je Garmin.
18. Je kunt hem nog een keer nalopen, maar hij zou nu gelijk moeten zijn.
19. De GPX met de route, tracklog en waypoints kun je vanuit BaseCamp maken en opsturen naar de mensen die de route ook willen gebruiken. Wijs ze op de mogelijkheid om de track zichtbaar te maken en de route daarmee te vergelijken. Zo voorkom je dat er ook bij hen om wat voor reden dan ook verschillen zijn tussen route en track.

Pas nu zal de route (vrijwel) gelijk zijn aan de route die je in MyRouteApp hebt gemaakt en die je wilt gaan rijden. Nog wat algemene tips:

• Plaats geen routepunten op kruispunten, maar altijd een stuk de weg op waar je wilt rijden.
• Plaats geen routepunten op plekken waar je niet kunt komen. Voeg dus bijvoorbeeld niet het waypoint van een kasteel aan je route toe. Vaak kun je niet zo dicht bij het kasteel komen en zal je Garmin dat wel proberen via allerlei weggetjes.
• Plaats geen routepunten op plekken die de route in de war zouden gooien als je de route omkeert. Bij gesplitste rijbanen gaat dat vaak fout: je wordt dan bij de eerste afrit van de weg gestuurd, terug over de andere rijbaan, weer bij de eerste afrit er af en weer omkeren. Erg vervelend. Maar ook op rotondes leidt dat tot fouten waardoor je de rotonde twee keer moet nemen (soms niet erg…).
• Let op wegafsluitingen gedurende bepaalde dagen (weekenden) of tijden (tussen 16 en 18 uur bijvoorbeeld). Er zijn op internet lijsten met waypoints te vinden. Die kun je in MyRouteApp of BaseCamp laden en zichtbaar maken, waarna je er rekening mee kunt houden.

Een elektrische motor… zucht…

“Zucht”. Want ik wil het zo graag. “Zucht”. Want iedereen vraagt “waarom heb jij er nog geen een”? Zucht…

Elektrisch motorrijden heeft al langere tijd mijn aandacht. Al in 2017 heb ik enkele proefritten gereden, onder andere tijdens een presentatie van elektrische motoren in Aalten. En inmiddels ben ik overtuigd dat ook ik snel zal overstappen. Waarom ik nu nog niet overgestapt ben?

Prijs

Een nieuwe elektrische motor is prijzig: nieuwprijzen liggen rond de € 25.000. Voor die prijs heb je dan een kale motor die vooral gericht is op korte snelle ritten. Ik rij lange toerritten en neem altijd wel wat bagage mee. Pas nu komen dergelijke modellen op de markt, zoals de Energica Experia. De prijs daarvan ligt echter nog weer flink hoger. Subsidie op elektrische motoren wordt aan particulieren niet gegeven en werkgevers willen elektrische motoren nog niet via lease aanbieden.

Tweedehands zijn er sporadisch elektrische motoren te vinden. Maar ook daarvan is de prijs nog hoog. Bovendien zijn dat de racemodellen en versies met een niet erg hoge actieradius.

Ter vergelijking: mijn huidige motor kostte me € 4.000.

Actieradius

Ik rij vaak met anderen samen ritten van 250 kilometer of meer. Waarvoor ik zelf ook vaak nog enkele honderden kilometers moet rijden naar het begin van de route. Met een actieradius van 150-200 kilometer betekent dat dat ik zeker 3 keer een half uur bij een laadpaal moet stoppen. Op de plekken waar motorrijders zoals ik graag rijden, vind je geen snelladers en zelfs gewone laadpalen zijn schaars. Zomaar even bij een leuk restaurantje in het bos stoppen dat toevallig open is, is er dan niet meer bij. De stops moeten gepland worden zodat er een werkende, niet bezette laadpaal aanwezig is. Dat betekent dat iedereen die met mij mee rijdt dat moet accepteren. Daar voel ik mij niet prettig bij.

Energica Experia

Wat doe ik zelf?

Een veel gestelde vraag, want in Nederland wordt het je als klimaatdrammer direct aangerekend als je zelf niet “van onbesproken gedrag” bent: “wat doe jij nou zelf eigenlijk voor het klimaat?” OK, een lijstje. Ongetwijfeld incompleet, want er is zoveel dat je kunt doen.

Materiaalgebruik

• Niets kopen dat niet echt nodig is.
• Lenen of huren als dat mogelijk is.
• Repareren wat mogelijk is.
• Voor ons onbruikbare kleding naar de kledingbak brengen.
• Ongebruikte spullen of spullen die we niet meer nodig hebben naar de kringloopwinkel brengen.
• Afval voorkomen (eigen bak mee naar de afhaalrestaurants, geen plastic zakjes en tasjes meenemen uit de winkel, etc.).
• Afval scheiden (GFT, plastic, blik en drankverpakkingen, glas, papier, chemisch afval en rest.
• Afval van anderen oprapen (al beperk ik mezelf om praktische redenen vooral tot plastic).

Vervoer

• Fietsen als dat kan (alles onder de 15 kilometer, dus ook mijn woon-werkverkeer: 11 kilometer enkele reis). O, nee, niet elektrisch, gewoon puur spierkracht.
• Grotere afstanden met openbaar vervoer.
• Een deelauto gebruiken als vervoer met een auto noodzakelijk is.
• Niet vliegen.

Energie en water: ons verbruik, met twee deeltijd werkende personen in een grote tussenwoning uit 1956 is 1200 kWh elektriciteit, 600 m3 gas en 50 m3 water.

• In 1989, toen ik een eigen woning kreeg, ben ik “groene stroom” gaan afnemen. Inmiddels zit ik bij een leverancier die mij enkel windstroom verkoopt.
• Ik investeer sinds 1990 in windmolens op het land.
• Alleen de woonkamer verwarmen, op 19 graden.
• Een slimme thermostaat gebruiken. Schakelt op tijden dat we thuis zijn de verwarming en het warm water in. Schakelt de verwarming automatisch uit (of niet in) als we weg gaan of als er een deur open staat.
• CV-ketel op 50 graden en eco-mode.
• Zonneboiler die warmte van de zon via zonnecollectoren opslaat in warm water in het boilervat van 200 liter.
• Regenwater opvangen en gebruiken voor de tuin (ik sproei nooit met leidingwater).
• Een waterbesparende douchekop (Niebla / Methven Kiri Low Flow).
• Korter douchen (maximaal 5 minuten) met minder water en minder zeep.
• Een shampoostick gebruiken.
• Wassen op 30 graden (witte was op 45 of 60), alleen met een volle trommel.
• Was drogen op de lijn, liefst buiten. De droger gaat alleen aan als het niet meer op de lijn past.
• Sinds 2001 2 zonnepanelen en sinds 2009 nog eens 2 er bij (meer kan ik op ons dak niet goed kwijt).

Voeding

• Geen dierlijke producten gebruiken (veganistisch eten).
• Geen eten weggooien, op maat koken, restjes later opeten.
• Groente en fruit zoveel mogelijk uit de regio en van het seizoen gebruiken.
• Een hooikist gebruiken om producten te laten garen zonder energie te hoeven toevoeren.

Mijn omgeving

• Energiecommissaris zijn.
• Klimaatburgemeester zijn.
• Bij mijn acties mijn straatgenoten en soms dorpsgenoten betrekken.
• Repair Café Diemen actief promoten.
• Actief contact onderhouden met wethouders, raadsleden en ambtenaren van de gemeente Diemen.
• Eens in de maand een dag werken in het Diemerbos en zo de natuur daar versterken.

“Guilty pleasures”, oftewel waar kan ik mijn impact nog verlagen:

• Overstappen op een elektrische motor (lees hier waarom ik dat nog niet gedaan heb)
• Toilet doorspoelen met regenwater: als we een aannemer kunnen vinden die dit voor een schappelijke prijs wil doen en er tijd voor en verstand van heeft.
• Kleiner wonen: als we gestopt zijn met werken en uit de Randstad weg kunnen gaan.

Ik ben klimaatburgemeester!

In juni werd ik via Twitter geattendeerd op de Nationale Klimaatweek in 2022 en het feit dat daarvoor klimaatburgemeesters gezocht worden. Omdat ik in mijn gemeente Diemen vrij actief ben op klimaat gebied en ik wel weer toe was aan wat nieuws, heb ik me aangemeld. Dat ging verbazingwekkend gemakkelijk! De benoeming was direct, zonder ingewikkelde commissies, ballotage en geheime stemmingen en dergelijke.

Bij mijn aanmelding werd me gevraagd waarmee ik mij als burgemeester dit jaar vooral voor ga inzetten. Elektrische deelauto’s naar Diemen halen leek me een mooie doelstelling. In 2017 hebben wij (mijn vrouw en ik) onze auto de deur uit gedaan (OK, hij werd in de prak gereden, maar we kozen er voor geen andere te kopen). Sinds die tijd gebruiken wij deelauto’s van ConnectCar (KAV) privé en Greenwheels (Volkswagen/Pon) voor mijn werk. Ik heb diverse pogingen gedaan, via gemeente en via deze en andere autodeel initiatieven om elektrische deelauto’s naar Diemen te halen. Niets lukte. En tot overmaat van ramp werd ConnectCar overgenomen door MyWheels, waarna alle ConnectCar auto’s zonder enig bericht uit Diemen weggehaald werden. Waardoor we nu ook privé Greenwheels moeten gebruiken. MyWheels is doodstil over wat er in Diemen gaat gebeuren. Ondertussen rijden er in Amsterdam al diverse auto’s rond. Car2Go, Share Now, MyWheels: ja, in grote broer wil iedereen wel.

Via de nieuwsbrief van CALorie (de energiecoöperatie van Castricum) kwam ik op het spoor van Onze Auto. Een initiatief dat me erg aansprak. Een elektrische auto die gedeeld wordt door mensen uit een buurt, die elkaar (leren) kennen. En als de auto te vaak niet beschikbaar is, kan er snel een tweede, derde etc. auto geplaatst worden. Er volgde een gesprek tussen enkele geïnteresseerde buren uit mijn straat en Onze Auto. Enige voorwaarde voor een auto is dat er zeker 10 deelnemers in de buurt zijn. En dat blijkt nog niet zo simpel. Heel wat buren vinden het lastig om hun eigen auto weg te doen.

En toen kwam het klimaatburgemeesterschap voorbij. Een prima vehikel (sic) om onze plannen een duwtje in de rug te geven. En dat duwtje kwam toen ik door de redacteur van het DiemerNieuws benaderd werd voor een interview. Ik ken de redacteur overigens persoonlijk (wie in Diemen kent hem nou niet…) omdat hij mij advies vroeg over de zonnepanelen die zijn woningcorporatie hem aanbood. “Altijd doen” riep ik direct, wetende dat zonnepanelen al heel snel geld opleveren. En toen bleken de panelen ook nog eens door het bedrijf waar ik werk geïnstalleerd te worden. Hij is nog steeds erg blij met mijn advies en probeert nu zijn buren over te halen om ook panelen te laten installeren en zo geld te besparen op hun energierekening.

Volgende stap in de elektrificatie van ons vervoer? Mijn BMW plofmotor (ICE) de deur uit en een Zero DS(R) of dergelijke. Of misschien toch eerder een pedelec? Want afstanden rijden met zo’n elektrische motor is lastig gezien het feit dat je dan vaak moet laden. En de prijs is ook nog wel een dingetje. Tweedehands is nog niet veel te koop en het bereik van zo’n wat oudere motor is nog weer kleiner, waardoor ik er niet mee kan rijden wat ik nu doe.

Klimaatburgemeester van Diemen Evert Kuiken zet zich in voor elektrisch rijden.